Waterkeren

Primaire keringen

De primaire waterkeringen bieden bescherming tegen overstromingen door de Noordzee, de Waddenzee, de grote rivieren Rijn, Maas en Westerschelde, de Oosterschelde en het IJsselmeer. Daarbij gaat het met name om die gebieden, waar eventuele overstromingen veel slachtoffers of economische schade tot gevolg hebben.

De primaire waterkeringen langs de grote rivieren, de Waddenkust, de Zeeuwse wateren en het IJsselmeer bestaan voornamelijk uit dijken. Aan de Noordzeekust wordt het water grotendeels gekeerd door duinen. Daarnaast omvat het stelsel van primaire waterkeringen een aantal grote dammen en bijzondere constructies, zoals de Stormvloedkeringen in de Oosterschelde en de Nieuwe Waterweg. Ook sluizen en inlaatwerken vervullen een waterkerende functie, naast verschillende andere waterstaatkundigefuncties ten behoeve van de scheepvaart, het inlaten en lozen van water et cetera. Op een beperkt aantal plaatsen wordt de functie van primaire waterkering vervuld door hooggelegen gronden. Het gebied dat wordt beschermd door een stelsel van primaire waterkeringen, wordt een dijkringgebied genoemd.

Regionale keringen

De regionale keringen bieden overwegend bescherming tegen overstroming vanuit het binnenwater.

Een regionale kering is een niet-primaire waterkering die is aangewezen op basis van een provinciale verordening en / of is opgenomen in de legger/keur van het waterschap. Daaronder vallen niet alleen de ‘natte’ (bijvoorbeeld kades langsboezemwateren), maar ook ‘droge’ waterkeringen. Vanuit de mogelijke functies van waterkeringen zijn in de “Visie op regionale waterkeringen” door het InterProvinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen de volgende groepen onderscheiden:

Boezemkaden (en polderkaden);
Keringen langs regionale rivieren, langs kanalen en wateropslagbekkens;
Compartimenteringsdijken, secundaire dijken, slaperdijken en landscheidingen;
Voorlandkeringen en zomerkades.

februari 4th, 2017  in Geen categorie Reacties uitgeschakeld voor Waterkeren

Comments are closed.